Door Geert Wijnhoven
WIE
Henk Blok (geboren 4 januari 1922 in Den Haag)
In 1958 getrouwd met Annet. Ze leerden elkaar kennen toen hij docent en zij leerling waren op de Sportacademie.
Ze hebben drie kinderen: zoon Michiel en dochters Marlie en Dorien. En acht kleinkinderen, waarvan er eentje het ‘volleybalvirus’ te pakken heeft. Milan, de 23-jarige zoon van Marlie, studeert natuurkunde en speelt volleybal (en geeft training) in Leiden.
Henk zat tijdens de Tweede Wereldoorlog op de Sportacademie in Den Haag (HALO). Hij werd in 1946 docent op dezelfde opleiding. Sporten: volleybal, basketbal en atletiek. Ging met pensioen in 1987.
LOOPBAAN
Vanaf 1940 tot ongeveer 1968 trainer bij Celebes in Den Haag.
Bondscoach van de vrouwen van 1949 tot 1963
Bondscoach van de mannen van 1963 tot 1968
ALS IK NAAR VOLLEYBAL KIJK, ZIE IK HET LIEFST MIJN KLEINZOON
“Ik kijk, samen met Annet, nog altijd volleybalwedstrijden. Vooral als de Nederlandse nationale teams spelen. Een dik jaar geleden ben ik met mijn dochter Marlie ook nog naar een topwedstrijd in Brabant geweest. Maar als ik nu mag kiezen, ga ik liever naar Leiden. Om mijn kleinzoon te zien spelen.”
Uit de volleybalwereld verdwenen
Henk Blok is oud. Zeg maar gerust: heel oud. In januari 2022 wordt hij 100 jaar. Als hij dat haalt. Hij zit er nog behoorlijk fit bij, ook al gaat lopen niet makkelijk. En voor het ophalen van herinneringen heeft hij nogal eens zijn 86-jarige vrouw Annet nodig. Als je op internet feiten over Henk Blok zoekt, grijp je mis. Hij was al lang en breed uit de volleybalwereld verdwenen toen we met zijn allen Wikipedia gingen vullen.
Leven nu de moeite waard
Als Henk mijmert over het leven, onderscheidt hij drie fases: “Het verleden. Maar dat ben ik voor een groot deel al vergeten. Dan het heden. Dat is de fase waarin ik nu van dag tot dag geniet. Carpe Diem, zeggen ze dan. Fase drie is de toekomst: daarvan weet je niet wat hij brengt. Ik vind het leven nu de moeite waard.” Flarden uit het verleden komen voorbij. Negatieve hoogtepunten noemt hij ze. Vooral het overlijden van mensen. Van zijn grootmoeder bijvoorbeeld. Die in het Zeeuwse Kruiningen woonde en slachtoffer werd van de Watersnood in 1953. En het overlijden van zijn vader, toen die 83 was. En zijn moeder op haar 87ste.”
Niet naar tennis kijken
Henk wordt, als tweede van vier, geboren in het Statenkwartier in Den Haag. Oudste broer Jaap is overleden. Een jongere broer en zus leven nog altijd. Geloof is belangrijk: Vrije Gereformeerde Gemeente. “Mijn vader was een beweeglijk man. Atletisch. Hij turnde en deed aan schoonrijden op de schaats. Hij gaf Franse les aan de Waalse school. Mijn moeder was huisvrouw. Sport was niet vanzelfsprekend. Ik herinner me dat ik, tijdens een wandeling met mijn vader, mensen zag tennissen. Daar mocht ik van hem niet naar kijken. Dat wilde hij niet. Op zijn sterfbed kwam hij daar nog op terug, door te zeggen dat hij toentertijd écht dacht dat het niet mocht. Ik mocht wel sporten. Maar alleen bij christelijke verenigingen. Ik ging schermen: de floret. En boksen.”
Een Studienausweis
De Tweede Wereldoorlog gaat voor de familie Blok niet geruisloos voorbij. Ze moeten hun woning ontruimen, omdat de Duitsers een tankgracht in de wijk gaan aanleggen. Die moet de geallieerden tegenhouden. Alle studenten van de Sportacademie, dus Henk ook, krijgen een zogenoemde ‘Studienausweis’. Wie die bezit, hoeft niet gedwongen te gaan werken in Duitsland. Maar aan het eind van de oorlog wordt het nog ingewikkelder. Na de Spoorwegstaking in september 1944 is het gebouw van de Haagse Sportacademie gesloten. Daarmee is het ook met de vrijstelling voor werken in Duitsland afgelopen. Henk loopt kans om naar Duitsland gestuurd te worden. Bij een razzia in zijn woonwijk verstopt hij zich met zijn broer in de kruipruimte van hun ouderlijk huis. Dat levert angstige uren op. Zijn broer ziet door het luchtrooster de laarzen van de Duitse bezetters, die de razzia uitvoeren. Met een illegaal document, met valse stempels van de SS, kan Henk naar het Brabantse Sleeuwijk. In het document heet het dat hij zijn zieke grootvader gaat verzorgen.
Voorraden uit de Biesbosch
Sleeuwijk, tussen Waal en Maas, ligt vlak bij de Biesbosch. Dat waterrijke gebied staat in die tijd nog in open verbinding met de Noordzee. Vanwege alle waterwegen en wegjes vinden de Duitsers het een invasiegevoelige omgeving. Daarom ontruimen zij het gebied. Henk zet zich in om uit de verlaten boerderijen in de Biesbosch zoveel mogelijk eetbare en nuttige voorraden op de halen. Die gaan naar de bevolking van Gorinchem. Een Gorinchemse neef van Henk geeft hem de leiding om met vrachtwagen dat werk te doen.
Vijf keer landskampioen met Celebes
Na de bevrijding gaat Henk terug naar Den Haag. In 1946 doet hij eindexamen en krijgt kans om les te geven op de Academie zelf. Ook geeft hij daar training. Atletiek en zaalsporten: basketbal en volleybal. “Zelf heb ik ook nog gespeeld. Maar nooit op hoog niveau. Ik trainde een paar in Den Haag geboren Indische jongens: Jan en Tonnie van den Hout. Ze woonden in de Celebesstraat. Ik trainde ze in atletiek. Toen gingen ze ook volleyballen. Ze noemden hun groep ‘Celebes’, naar de straat. Daaruit is in 1940 de club voortgekomen. Een vereniging met grote namen: Cees, Jan en Rinus van Zweden en Henny de Ruijter. Zij wonnen altijd.”
Vrouwen van Celebes worden landskampioen
In die jaren is er nog niet echt een nationale competitie. Cees van Zweden is een van de mensen die in 1948 de Nevobo opricht. De mannen waren tot die tijd niet te verslaan. Maar het zijn de vrouwen van Celebes die in het tweede jaar (1949) van het bestaan van de Nevobo landskampioen worden. Dat lukt ze ook in 1955/1956 en 1958/1959, onder leiding van Henk als trainer-coach. Ze presteren het daarna ook nog in 1964/1965. En als Haag ’68 lukt ze dat nog eens in 1969 en 1972. Ook in die jaren speelt Henk een, vaak coachende, rol. Bijzonder moment voor Blok is de reis met het team naar Moskou, in 1962. Dat is namelijk op het hoogtepunt van de Koude Oorlog. De communistische wereld, met de Russen voorop, gaat de clash aan met de Westers-kapitalistische onder leiding van de Amerikanen. Dat leidt in 1962 tot de dreiging van een atoomoorlog, als de Russen op Cuba kernraketten stationeren. Het maakt het verblijf in Moskou heel spannend.
Voor het eerst naar Olympische Spelen
In 1963 wordt Henk bondscoach van de heren. Opdracht: word West-Europees Kampioen (later de Spring Cup). Want dat levert de mannen een ticket naar de Olympische Spelen in Tokyo op. De eerste keer dat volleybal op het programma staat. Het lukt, na een beslissende wedstrijd tegen Frankrijk. Henk over die Olympiade: “Het was heel bijzonder. Dat we met het vliegtuig gingen, bijvoorbeeld. We speelden tegen sterke Oostbloklanden. En na afloop reisden we nog een aantal weken door Japan en speelden tegen plaatselijke ploegen. Zo zagen we echt wat van het Japanse leven. We zaten te eten op de grond. En hadden allemaal een geisha naast ons, die ons hielp als dat nodig was. We sliepen op matjes. En werden ’s morgens wakker en dan stond er al een Geisha voor ons klaar.”
Blok verplicht leesvoer voor opleidingen
1972 is een belangrijk jaar voor Henk Blok en het Nederlandse volleybal. Zijn boek ‘Volleybal” komt uit. Niemand anders dan Henk zou kunnen vertellen hoe je dat spel speelt. “Ik had aanleg voor schrijven en vond het leuk om dingen vast te leggen. Het was echt mijn bedoeling om een leerboek te schrijven. Dat is het ook geworden. Het werd voorgeschreven op opleidingen en bij trainerscursussen van de Nevobo. Dat was financieel ook interessant.”
Iedere dag wandelen
Grote delen van de wereld heeft Henk voor het volleybal kunnen bereizen. Hij heeft er soms echte vrienden aan overgehouden. Zoals de Oost-Duitse bondscoach, die na het vallen van de Muur ook op bezoek komt in Den Haag. Maar Henk denkt dat zijn lichaam er ook onder geleden heeft: een zwakke schouder en een knie die niet altijd meewerkt. Dat belet hem niet om vanaf zijn 65ste een nieuwe sport op te pakken: golf. Hij brengt het tot een handicap van 22. De afgelopen jaren is hij nog vaak vanuit een buggy onderweg op de fairways. Tot een jaar geleden het lopen te moeilijk wordt. Maar hij blijft bewegen, zoveel hij kan. Hij loopt dagelijks zijn rondje door Kijkduin met Nordic walking stokken. “Ik probeer te bewegen en te genieten van iedere dag die ik heb.”